Twee procent van de jonge kinderen heeft een allergie voor kippenei. De meesten zijn op 4-jarige leeftijd over hun kippenei-allergie heen gegroeid. Van alle volwassenen heeft minder dan 1% een kippenei-allergie. 

Eieren worden in heel veel soorten levensmiddelen verwerkt. Kippeneieren worden hierbij het meest gebruikt. Soms worden eendeneieren, ganzeneieren en kwarteleitjes gebruikt. Alle pluimvee-eieren vallen onder het allergeen ei. De allergie geldt zowel voor het eiwit als het eigeel. Het eten van kip, kalkoen en ander gevogelte leidt nauwelijks tot reacties. 

Producten met eieren

• Eieren worden gebruikt als bindmiddel en emulgator. Dit zijn zowel poeders als vloeibare bindmiddelen en emulgatoren. Eierproducten kunnen voorkomen in doorhaalmiddel voor het paneren van producten, in mayonaise en in veel bakkerijproducten, bakmixen, zoetwaren, ijs en advocaat. 
• Op het etiket kan ei ook worden vermeld als: albumine, avidine, conalbumine, eigeel, eipoeder, fosfatidylserine, fosfolipiden, globuline, lecithine (E322) of lipovitellin. Achter al deze ingrediënten moet de fabrikant vermelden dat het allergeen ei erin voorkomt. 
• De emulgator lecithine kan van veel verschillende voedingsmiddelen gemaakt zijn, zoals kippenei, soja, zonnebloempitten, mais en raapzaad. Als alleen de aanduiding ‘lecithine’ op het etiket staat, weet je zeker dat het lecithine niet van kippenei komt. In de wet staat namelijk dat lecithine van kippenei moet worden vermeld als ei-lecithine, lecithine (ei) of E322 (ei).

Alternatieven voor producten met ei

Alternatieven voor producten met ei zijn: gelatine, xanthaangom, zetmeel, tofu (in hartige producten), gesmolten boter en/of vetstoffen, fruitsoorten zoals banaan en appel, pasta’s zonder ei.